Mooi gedekte tafels fotograferen, in een Hamburgse kookstudio of een Bierbeekse tuin:
Beetje koken, met collega's of vriendjes:
En dan aan gezellige lange tafels eten. Barbecue bijvoorbeeld, of ook wel eens gorgonzola-ravioli met zoet-zure peren, gebraad met lagoustine en bearnaisesaus en creme brulee met rozemarijn-gember-ijs.
Als er maar veel mensen en lekker eten is, dan ben ik wünschlos glücklich.
Wort des Tages:
- Muster (dat betekent patroon, een woord wat al wel eens voorkomt als je ingenieur beeldverwerking bent, maar ik zei tot nu toe altijd "Patron", wat geen Duits is. Een schande dus, dat ik het pas vandaag leerde terwijl ik mijn eerste serieuze presentatie op Philips aan het voorbereiden was. Ik zal het woord snel leren, een van mijn collega's heeft het op zich genomen op me consequent te verbeteren, en dus hoorde ik tijdens de eerste tien minuten van de presentatie nog drie keer een subtiele "tss" vanuit het publiek - en daarna ging het niet meer fout)
- Sprunggelenk (enkel - en zeggen dat hij "seinen Enkel gebrochen hat" is geen goed idee, maar dat wist ik gelukkig wel al)
- Das ist ja doch Käse (dat is allemaal onzin, maar ik weet nog niet of het een algemene uitdrukking is, of een een verzinsel van onze taalcreatieve chef)
5 opmerkingen:
Maar zelfs de tafels en keukens hebben in Belgie meer klasse :P.
Het andere zusje met een onmetelijke passie voor eten (znw)
Op basis van deze beperkte steekproef, moet ik je gelijk geven. Maar schat, wat doe jij op zo'n uur op zaterdagmorgen achter je PC?
In Wallonië daarentegen, was het allemaal helemaal anders. En beter, maar dat durf ik eigenlijk niet zeggen...
"Patron" is... euh... laten we zeggen verouderd. Grimm:
PATRONE, f., im 16. jahrh. entlehnt aus franz. patron m. (daher im 16. und 17. jahrh. auch der patron) vom mlat. patronus, exemplar DU CANGE 3, 1, 157.
1) vorbild, muster, musterform, modell:
patron, ein vorbild nach dem man ein ding machet, exemplum. MAALER 315d;
patron für die gemäle, typus, exemplar SCHM.2 1, 414 (vom j. 1618);
der patron WEIGAND2 2, 315 (vom j. 1678);
patronen zum gieszen. STIELER 533;
das musterpapier der bildweber. JACOBSSON 3, 215b;
eine aus steifem papier oder blech bestehende schablone zum farbigen durchzeichnen, anstreichen WEISMANN lexic. bipartit. 2, 282a.
Prachtig Markus! Nu kan ik me verdedigen als ik me weer verspreek.
Een reactie posten